Afbeelding
Foto: PR
WIE WAT BEWAART...DIE WEET WAT!

De strijdbare mannen van Rockanje

Actueel 403 keer gelezen

Na maanden van oplopende spanning vielen eind april 1747 Franse troepen de Republiek binnen. Het uitbreken van de oorlog leidde in het hele land tot grote opschudding. Op Voorne was het niet minder onrustig; hier vreesde men een invasie vanuit zee. De bevolking van Brielle kon dat nog met zeker vertrouwen tegemoet zien omdat de stad voorzien was van wallen, kanonnen en militairen, maar de bewoners van de rest van Voorne was er minder gerust op. Zij eisten dat zij vanuit de stad van wapens zouden worden voorzien.

Toen dat niet gebeurde kwamen de mannen van Rockanje de wapens zelf halen. Op tweede Pinksterdag, na een ongetwijfeld toepasselijke preek, reden zij in een stoet van vijftien wapens naar Brielle. Of beter: 'rukten zij op naar Brielle'. Daar sloegen de poortwachters alarm; de Zuidpoort werd gesloten en het stadsbestuur gewaarschuwd. Op last van de burgemeester mochten alleen de aanvoerders, dominee Van der Bell en kapitein Fajan, de stad binnen voor overleg. Het stadsbestuur had geen zeggenschap over de wapens die in de magazijnen lagen, maar zegde -onder druk- hulp toe en inderdaad werd niet veel later een handjevol wapens uitgedeeld. Het dreigende optreden van de boeren had echter indruk gemaakt in Den Haag. Daar werd besloten om aan de wensen tegemoet te komen. Eind juni werden ongeveer 120 ruiters naar Voorne gestuurd om op het strand te patrouilleren. De vreugde was van korte duur. Het merendeel werd namelijk ondergebracht bij de boeren van Rockanje.

Het zal nooit bekend worden of er sprake is geweest van een bestraffing, maar tijdgenoten waren daarvan overtuigd. Gedurende zes weken ging de bevolking gebukt onder een inkwartiering die meer weg had van een bezetting.

Aart van der Houwen (aa.vanderhouwen@streekarchiefvp.nl)

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant